Soms is de ene dag quasi een exacte doorslag van de andere dag. Zo zou je op beide dagen onderweg van punt a naar punt b weleens vier kennissen kunnen tegenkomen. Die kennissen hoeven op de beide dagen niet noodzakelijk dezelfde te zijn. Het mogen er ook acht verschillende zijn. Eveneens is het toegestaan om de afstand op de ene dag te voet en op de andere dag per fiets te overbruggen. Indien je je per fiets verplaatst, weet je jezelf te beperken tot zwaaien, de remmen ga je niet dichtknijpen, de vaart zit er net lekker in en je ging misschien toch wat laat de deur uit. Indien je wandelt, is er geen ontkomen aan en houd je bij de kennissen halt, waardoor het weleens zou kunnen voorvallen dat je na vier praatjes maar net op tijd op punt b aankomt ondanks het feit dat je toch echt wel vroeg de deur uit ging.