Wacht niet, nu één maand gratis. Strava tracht je de straat op te lokken. Strava weet: het is zondag, zijn zonnen zijn er niet, dan gaat hij in de ochtend altijd lekker lang rennen. Eén uur, twee uur, soms langer. De voorbije dagen is hij gewoon vergeten de app te gebruiken, maar vandaag zal hij beslist weer op start drukken. Het aanbod van de gratis maand voor alle functionaliteiten is het laatste duwtje dat we hem moeten geven. Het is waar, een week al heb je geen enkele activiteit op Strava geregistreerd. Ook de wandelingen niet. Een andere app beweert dat je gemiddeld zo’n 13.000 stappen per dag hebt gezet. Komt dat aantal een beetje overeen met de rust die je in acht zou moeten nemen? De voet vindt van niet. De eerste honderden meters naar de bakker: je kermt, je foetert. En toch wil je vandaag op zijn minst zeven kilometer wandelen. Zeven. Zo jong is de jongste zon vandaag. Zelf was je zeventien toen je op 28 mei 1995 voor de tweede maal deelnam aan de 20 km door Brussel. Wist je toen veel wat een belangrijke dag dat ooit zou worden.
Beweging #177
Papa! De oudste zon. Onmiskenbaar zijn stem. Je springt uit bed. Wacht. Momentje. De zonnen zijn er niet. Toch? Je gaat de kamer uit, hun kamer in. Zie je wel, een leeg stapelbed. Nou ja, op elke matras een berg knuffelberen. Maar midden in de nacht om z’n papa schreeuwen doet zo’n knuffelbeer niet. Hoe laat is het eigenlijk? Weer in je kamer kijk je op de klok. Vijf uur. Dat is niet midden in de nacht. Dat is al haast ochtend. Toch kruip je nog even het bed in. Zou de oudste zon zonet, hier een aantal kilometer vandaan, uit een nachtmerrie wakker zijn geschoten? Had hij eigenlijk om zijn mama willen roepen? Of ligt hij onbekommerd over zijn toekomst te dromen?
Beweging #176
Nee, je wil niet op de foto. Ook niet als er wordt aangedrongen. Zeker niet als er wordt aangedrongen. Bovendien ben je helemaal niet waar je bent, niet echt, niet heus, dus kan je ook niet op de foto. En tegen wie beweert dat je er wel bent, dat je wel degelijk voor hen staat, zeg je dat het niet meer dan een illusie is, dat als je er al bent, je er incognito bent. Hoezo, incognito. Er wordt met een indringende blik naar je gekeken. De eigenaar van de indringende blik zegt dat ze daar meteen heel wat verhalen bij kan verzinnen. Mooi zo. Sommige mensen leven van verhalen. Sommige mensen die leven van verhalen duiken helemaal niet op op plekken waar er allerhande verhalen te rapen zijn, die zijn heus niet goed in small talk en knopen al zeker geen eindeloos lang gesprek met een wildvreemde aan.
Beweging #175
Soms is de ene dag quasi een exacte doorslag van de andere dag. Zo zou je op beide dagen onderweg van punt a naar punt b weleens vier kennissen kunnen tegenkomen. Die kennissen hoeven op de beide dagen niet noodzakelijk dezelfde te zijn. Het mogen er ook acht verschillende zijn. Eveneens is het toegestaan om de afstand op de ene dag te voet en op de andere dag per fiets te overbruggen. Indien je je per fiets verplaatst, weet je jezelf te beperken tot zwaaien, de remmen ga je niet dichtknijpen, de vaart zit er net lekker in en je ging misschien toch wat laat de deur uit. Indien je wandelt, is er geen ontkomen aan en houd je bij de kennissen halt, waardoor het weleens zou kunnen voorvallen dat je na vier praatjes maar net op tijd op punt b aankomt ondanks het feit dat je toch echt wel vroeg de deur uit ging.
Beweging #174
Papa leest voor. Zijn zonen zitten klaar. Ze hebben er zin in. Op die drie zinnen stoot je in het leeswerkschrift van de jongste zon. Luidop lees je ze voor. Dan begin je aan de rest van de bladzijde. De oudste onderbreekt je. Staat het er echt of verzin je het ter plekke? Je toont hem dat het er echt zo staat. Nee, zo snel verzin jij geen stevig samenhangend verhaal bij elkaar. Het is zoals bij hun puzzel, het duurt even voor elk stukje past. Wil je nog wat voorlezen? Je neemt De Grote Vriendelijke Reus van Roald Dahl er bij. Daar ga je helemaal in op. Na elke twee bladzijden pauzeer je en toon je de prenten van Quentin Blake op die pagina’s. Dan draaien zij een tel het hoofd om vervolgens op zoek te gaan naar het juiste plekje voor het volgende puzzelstukje. Wanneer je na een hoofdstuk het boek dichtklapt, vinden ze dat maar niks. Wat hen betreft, mag jij helemaal geen slokje water.
Beweging #173
Lekker vroeg uit de veren. Extra schrijftijd na het ontbijt. Nog voor je de broodtrommel opent, valt het je in dat er geen brood meer is. Geen zin in granola. Dan maar naar de bakker. Vaarwel extra tijd. Onderweg merk je op de voorruit van een auto een papier op. Vreemd. Het kleeft. Het zit niet gewoon onder een ruitenwisser. Het is te groot voor een verkeersboete. Voor je bij de bakkerij bent, tel je nog vijf van zulke papieren. Allemaal op de voorruit van grotere wagens. SUV’s. Het buurtnetwerk meldt dat er ook banden lek zijn gezet. Bij het bericht staat een foto. Bovenaan: LET OP – Je benzineslurper doodt! Het blijkt een pamflet van milieuactivisten. De laatste zin begint met: Je zult hier in Nederland. Hm. Nederland? Had je daar te voet brood gehaald, er bleef helemaal geen schrijftijd meer over. Die ochtend kreeg je heus nog wat bij elkaar gepend. Proza. Alweer een poos geleden dat je tot poëzie kwam. Alweer een poos geleden dat je je jasje van klimaatdichter aantrok. Met dat jasje aan zou je geen autobanden laten leeglopen. Met dat jasje aan zou je poëzie onder ruitenwissers stoppen.
Beweging #172
Straks tafeltennissen. Dat zeg je aan de ontbijttafel. Wanneer je de zonnen naar school hebt gebracht, vind je thuis op je telefoon een bericht van de tafeltennispartner. Staking in de sporthal. Dan maar een koffiepartijtje. Wanneer je naar de koffiebar wandelt, lijkt die zeurderige voetzool te willen zeggen: godzijdank geen tafeltennis. Op het terras vertel je de tafeltennispartner over je voet. En dat je bewust tot na de stadsloop hebt gewacht om in je oude boeken over hardlopen op te zoeken wat het zou kunnen zijn. Als het is wat je denkt dat het is, dan raden de boeken je aan twaalf weken rust in acht te nemen. Maar dat ga jij natuurlijk niet doen, zegt de tafeltennispartner. Een monkellach is je antwoord. Bij wijze van doekje voor het bloeden diept de tafeltennispartner een pakje postkaarten op met quotes uit zijn podcast. (Drie boeken. Niet: Drie tafeltennisballetjes.) Eén van de quotes is van Herr Seele: Mijn leven bestaat uit het kopen van boeken. Misschien moet je maar eens nieuwe boeken over hardlopen aanschaffen. Boeken die de oude wijsheden weerleggen. Boeken die woorden als rust en twaalf weken niet in één adem noemen.
Beweging #171
Een eerste bescheiden loopje vanaf de nieuwe plek. Dat noteerde je begin oktober. En je voegde er een eerste voorzichtige doel aan toe: op mijn vijfenveertigste tien kilometer in minder dan vijfenveertig minuten afhaspelen. Dat voorzichtige doel schoof je opzij voor een ietwat gekker doel: de zevende marathon. Dat ietwat gekker doel is alweer bijna twee maanden afgevinkt. Vandaag was het alsnog de beurt aan het voorzichtige doel. Eerst rende je lekker rustig twee kilometer en half naar de start van de stadsloop. Het parcours mocht dan wel geen tien kilometer bedragen, wel elf. Het zou je benieuwen of je in je opzet zou slagen. Niet in het minst omdat je voetzool al meer dan een week een zorgenkind is. Net daarom startte je ergens in de achterste gelederen. Een oude bekende vroeg of jij niet vooraan bij de elite diende te starten. Nou nee, zei je, niet nu ook jij een jaartje ouder bent. Bij de elite, daar mag je starten als je in de vorige editie bij de eerste driehonderd eindigde. En kijk. Met je 171e plek zou je volgend jaar mogen. Maar wie weet welk doel je dan hebt. Het voorzichtige doel is volgens Strava in ieder geval bereikt: 43 minuten en 28 seconden. Na nog een kleine kilometer aan dat tempo tot aan de eindmeet, mocht je nog lekker rustig twee kilometer en half nagenieten voor je op de nieuwe plek in bad kon duiken.
Beweging #170
De derde uitvaart in goed anderhalve maand. Nu moet je zelf naar voren. Niet met een eigen tekst. De woorden zijn van je vader. Samen met je moeder heeft hij een intense week achter de rug. Er moest een begrafenis geregeld worden, het kamertje in het woonzorgcentrum diende leeggehaald te worden. De oudtante had geen kinderen. Niet alleen de laatste dagen, de voorbije jaren deed je moeder heel wat voor haar. Daar is de familie haar duidelijk dankbaar voor. Je ziet familieleden terug die je jarenlang niet zag. Komt meer door jou dan door hen. Bij de koffietafel vraagt de moeder van een oude klasgenoot of je koffie wenst. Er ontspint zich een klein gesprek. Veel kans dat je tijdens het vorige gesprek dat je met haar had nog geen koffie lustte.
Beweging #169
Een voettocht. Een trein. Een overstap. Een trein. Een bus. Een voettocht. Twee uur ben je onderweg. Toch is het niet allemaal leestijd. In de bus laat je Stephen King zitten waar ie zit. Ook tijdens beide voettochten heb je hem niet in handen. Het gebeurt wel eens, dat je zo opgeslokt raakt door een verhaal dat je het boek niet dichtklapt voor je uit de trein stapt, maar dat je blijft lezen tot je op je bestemming bent. Nog nooit botste je tegen iets of iemand op. Mensen stappen opzij voor rare snuiters als jij. En de lantaarnpalen doen blijkbaar net hetzelfde. Nu kunnen ze blijven staan waar ze staan. Zoals ze ook geen duimbreed wijken voor zij die met hun blik aan het telefoonscherm kleven. Dat jouw blik op straat en in de bus niet aan King kleeft, betekent niet dat de eerste kennismaking met de auteur je niet boeit. Je hoofd blijkt nood te hebben aan vliegtuigstand. De eindhalte van de eerste trein was de luchthaven. Het is jaren geleden dat je vloog, maar wat als je nu eens was blijven zitten en de eerste de beste vlucht had genomen, wie had je dan een ouderwetse postkaart gestuurd?